Pensionado's onderweg ~ reisverslagen en campinginformatie


2010 Kennismaking met Italië

Vrijdag 16 april – dag van vertrek

Ons reisdoel is Toscane. De kortste route erheen is via Duitsland en Zwitserland, maar we besluiten via Frankrijk te gaan, vanwege de betere weersvooruitzichten. We vertrekken om 9.15 uur. Na een reis van 370 km. komen we om 15.45 uur op Camping Kockelscheuer aan, zo’n 4 km. onder de stad Luxemburg. Het was koud onderweg, vooral in de Ardennen, waar de natuur nog lang zover niet was als bij ons. De camping is een aanrader: een vlak terrein met grote zonnige plaatsen. Een deel van de camping is terrasvormig aangelegd. Bij aankomst is het 17 graden, de bomen staan in bloei. De eerste nacht is het bar koud, we houden elkaar maar net warm. De vakantie is begonnen.

foto links: lentebloesem op een parkeerplaats; rechts: ruime plaats op de camping

Zaterdag 17 april – stad Luxemburg

We staan laat op en het is zonnig, maar koud. We ontdekken dat we in Italië een speciaal markeringsbord nodig hebben, die achterop de fietsen moet worden bevestigd, met diagonale strepen in rood en wit. Misschien dat we die in de stad Luxemburg kunnen kopen, maar helaas. We nemen de tijd om het centrum te bekijken. Heel apart, die landschappelijke deling van de stad. Het is intussen heerlijk warm geworden en de terrassen zitten gezellig vol. Dank zij de TomTom komen we zonder problemen de stad weer uit. Wat een verkeer zeg!

foto's: Luxemburg

Zondag 18 april – lente!

Opnieuw laat opgestaan, zodat de natuur al aardig op temperatuur is gekomen. We genieten van de zon, de blauwe lucht en het vogelgekwetter. Vlak naast de camping ligt een fraai natuurgebied, waar volop gewandeld, gedraafd en gefietst wordt. Er zijn ook een paar meertjes, waaromheen mensen genieten van het lekkers, dat ze in picknickmandjes hebben meegenomen. We wandelen er een uurtje en genieten op de camping weer van de zon. Begin van de middag arriveert er een 4-tal auto’s met ‘giga’ caravans erachter. Het zijn Britten, die het hier zo te zien wel een jaar kunnen uithouden. Ze hebben zelfs hun eigen wasmachines meegebracht. Dan is een satelliet-tv nog niet eens zo extreem.

foto links: recreatiepark naast de camping; rechts: nét warm genoeg in de zon

Maandag een voorspoedige reis gehad, met stralend weer. Het is 24 graden als we na nog geen 6 uur (430 km.) op de gemeentecamping in Mâcon arriveren. Het is nog vroeg in het seizoen, dus heel rustig op de camping. In restaurant Le Tipi zijn we bijna de enige gasten. Dinsdag begint een beetje bewolkt, maar later klaart het op en wordt het heerlijk warm. Natuurlijk zijn we de stad in geweest, waarna we een tijdje in het park doorbrengen. De gazons kleuren helemaal geel van de paardenbloemen. We willen bij de receptie gebruikmaken van gratis draadloos internet, maar het systeem is buiten werking. Daarom moeten we weer naar de Mc Donalds. Morgen zoeken we een camping in de buurt van Genève. Dat is niet ver van hier, zo’n 140 km., maar daarna gaan we steeds hoger, richting Mont-Blanc tunnel, en dus wordt het ook steeds kouder. In Italië komen we dan door het Aostadal, als we richting Milaan rijden.

foto links: boulevard langs de Saône; rechts: groot park dichtbij de camping

Woensdag 21 april – eindelijk in Italië!

Het daguitstapje vanuit Oostenrijk niet meegerekend, jaren geleden, zijn we nu voor de eerste keer in Italië. Vanmorgen zijn we pas om 10.15 uur vertrokken, met de bedoeling om in de omgeving van Genève te bivakkeren. Maar onderweg besluiten we toch maar door te rijden, richting Aosta. Daar willen we een paar dagen blijven om de omgeving te verkennen. Het is een prachtige rit, met de Mont Blanc tunnel als letterlijk hoogtepunt. Om 15.00 uur (na 262 km.) komen we aan bij de kleine groene Camping Monte Bianco in Sarre (een paar km. vóór Aosta), die juist sinds gisteren open zou zijn. Omdat de baas onlangs aan zijn schouder is geopereerd, blijft de camping nog tot 15 mei gesloten. Maar wij mogen hier toch 1x overnachten en dat kost maar € 10,-, omdat het sanitair nog niet bijgehouden wordt. Nog even snel de stad Aosta in geweest, om daar het verplichte bord te kopen dat achterop de caravan aan de fietsen moet worden gehangen. Eindelijk geslaagd.

foto links: parkeerplaats voorbij de Mont Blanctunnel; rechts: een bijna verlaten camping

Donderdag 22 april – op naar de kust

Onze volgende pleisterplaats is Camping Mare Monti, in de heuvels bij de kustplaats Sestri Levante, ongeveer 45 km. ten oosten van Genua. Het mooiste deel van de reis is het Aostadal. Je rijdt er tussen de hoge bergen, afdalend naar het vlakke land van Piemonte, waar zich links en rechts van de weg rijstplantages bevinden, volgens Heinie wordt hier risottorijst verbouwd, maar voor mij lijkt het veel op een ondergelopen gebied in de Haarlemmermeer. Vervolgens gaat het pal zuidwaarts via de A26, richting Genua. Via een middengebergte, waar het inmiddels is gaan regenen, dalen we af naar de kust. Genua is een immens grote stad. Het duurt lang vóór we de stad achter ons laten. De kustweg (tolweg) zou iedere vakantieganger met claustrofobie moeten mijden, al helemaal in de zomer: het is één en al tunnel. Na een vermoeiende rit van nog geen 300 km. komen we om 14.00 uur op de camping aan. Een opname van ons campingplekje en limoenen (volgens Heinie citroenen) die we van een mevrouw kregen, vers geplukt uit haar eigen tuin. We hadden met haar een gesprek, waarbij ieder alleen zichzelf verstond. We staan op een ASCI / ANWB camping, maar het is zo ongeveer de beroerdste sinds jaren, met voornamelijk vaste plaatsen. Het sanitair is goed, internet (niet probleemloos) in de caravan, en dat telt ook.

foto links: schots en scheef; rechts: vers geplukte citroenen

Vrijdag 23 april – boodschappen doen in Sestri Levante

Vanmorgen boodschappen gedaan. Het klinkt niet erg opwindend, maar dat is het wel, als je het verkeer in aanmerking neemt. Overal borden met verwijzingen, die we niet begrijpen. Met ons Frans komen we hier niet ver. In Frankrijk trouwens ook niet. Onze eerste indrukken van het kustgebied zijn niet erg positief: het is er dicht bebouwd en het verkeer is vrij chaotisch. Het is vandaag regenachtig, maar er staat vrijwel geen wind, waardoor het niet koud aanvoelt. Het regent de hele dag, zodat we onze tijd besteden aan Rummikub, internetten, mailen, lezen en andere opwindende zaken. Volgens het NOS-journaal wordt het morgen beter.

foto: "Ik zit mij voor het vensterglas onnoemlijk te vervelen. Ik wou dat ik twee hondjes was, dan kon ik samen spelen."

Zaterdag 24 april – Portofino

De straffe wind in de vroege morgen luidt een weeromslag in. De dag begint wat bewolkt, maar helder, waarna de zon doorbreekt, en de temperatuur oploopt tot rond 23 graden. We gaan naar Portofino, dat een toeristische trekpleister moet zijn, maar eerst bezoeken we de baaien van Riva Trogoso en Sestri Levante. Deze twee stadjes liggen nagenoeg tegen elkaar aan. Vervolgens nemen we de kustweg, die o.a. dwars door de flinke stad Chiavari loopt, vervolgens door Rapallo en Sta. Margherita. Vandaar is het voor campers niet toegestaan het laatste stuk naar Portofino te rijden, en dat is maar goed ook. Dit deel van de route is erg smal en telt talloze bochten, waardoor je geconcentreerd moet rijden. Vooral in verband met de talloze scooters, die je links en rechts inhalen. Maar Heinie kan volop genieten van de prachtige vergezichten. We zetten de auto in een parkeergarage en nemen de tijd om het stadje te bezichtigen. Het ligt hoefijzervormig rond een baai met glashelder water. De boulevard is heel gezellig en pittoresk, met winkels en restaurants achter fraai beschilderde gevels. Tegen de heuvels zijn schitterende villa’s gebouwd met fantastische tuinen. In de baai liggen kapitale privéjachten en in het verkeer zien we Porsches en andere dure auto’s. Vanaf de boulevard voert een pad naar boven, vanwaar je een mooie wandeling kunt maken door het nationale park, waarvan de stad deel uitmaakt. Het was weer een uitgelezen dag!

foto's linksboven: strand van Sestri Levante; rechtsboveen: Portefino; links- en rechtsonder: Portefino

Zondag 25 april – Cinque Terre

Een deel van de kuststrook, zeg van Monterosso al Mare tot vlak bij La Spezia, wordt Cinque Terre genoemd. Het is een nationaal park waar de Italianen heel zuinig op zijn. Je kunt er met de auto nauwelijks komen, want de bergen komen vrijwel in zee uit. Er is wel een spoorlijn, dat bijna helemaal is ondertunneld. We kopen in Sestri Levante een spoorkaartje tot Riomaggiore, het verst gelegen punt, en weer terug, met een toegangsbewijs voor het park, samen € 13.- per persoon. We reizen naar Riomaggiore en bekijken het pittoreske stadje, dat helemaal op een in zee uitstekende bergpunt is gebouwd.

De mensen leefden er vroeger van de visvangst, maar toerisme is nu de belangrijkste bron van inkomsten. Het is een bezoek meer dan waard en dat geldt ook voor de andere stadjes in Cinque Terre. Je kunt vervolgens over een wandelpad teruglopen, helemaal naar Monterosso al Mare, een tocht van ongeveer 9 km. Wij halen het tot Corniglia, dat is samen 2 km., maar hebben eerst in Rio Maggiore al een tijd rondgelopen. Het klinkt simpeler dan het is, maar er moet af en toe flink worden geklommen. Je kunt ook etappes overslaan en dat stuk dan per trein doen. Af en toe voelen we ons wat onbeholpen: bij het kopen van de treinkaartjes, staan we wel op het goede perron, is dit de goede trein? We vragen het links en rechts en de mensen willen ons graag helpen. We hebben een onvergetelijk stukje Middellandse Zeekust gezien. Met dit prachtige weer en hoge temperaturen (26 graden), is het een hele belevenis.

foto's linksboven: Riomaggiore; rechtsboven: wandelpad langs de kust

Maandag 26 april – naar Toscane

We breken pas om 10.15 uur op, want we hebben maar 100 km. voor de boeg. Het is alweer een mooie dag. Onderweg rijden we langs de beroemde marmergroeven van Carrara. Hier komt het wit marmer vandaan, waaruit in de 16e eeuw Michelangelo zijn beroemde beelden heeft gehouwen. Het lijkt alsof de hele berg wordt afgegraven. Links en rechts van de autoweg liggen grote voorraden marmerblokken. Na een voorspoedige reis komen we om 12.15 uur aan op Camping Italia in Torre del Lago, dat tegen het dorp Viaréggio is gelegen. De camping bestaat voor een deel uit vaste plaatsen. Stel je voor: caravans en tenten die allemaal onder een afdak staan tegen de zomerhitte. Het ziet er niet uit. Wij staan op het andere deel, waar voldoende toerplaatsen zijn. Omdat het nog zo vroeg in het seizoen is krijgen we twee plaatsen voor de prijs van één. Maar er wordt wel bij verteld dat er dit weekend een grote groep padvinders komt, bestaande uit wel 800 personen. ACHTHONDERD! Hopelijk overleven we het, want we staan er dan middenin. Het heeft trouwens geen zin om naar een naburige camping te gaan, want daar komen er zo mogelijk nog meer. Het gaat in totaal om 3500 personen!

foto: twee plaatsen voor de prijs van één

Dinsdag 27 april – Lucca

Vanmorgen de noodzakelijke boodschappen gedaan bij de Lidl. Vanmiddag gaan we naar Lucca, dat hier op ruim 35 autominuten vandaan ligt. De eeuwenoude binnenstad is één groot monument, met prachtige kerken en andere oude gebouwen. De stad werd in de 16e – 17e eeuw helemaal ommuurd en was alleen toegankelijk via een aantal fraaie poortgebouwen. Als je hier niet bent geweest, was je niet in Toscane. We houden de lucht in de gaten, want er pakken zich dreigende wolken samen. Op tijd besluiten we de auto weer op te zoeken en lopen er in een stevig marstempo naar toe. Als we net in de auto zitten breekt de bui los, en klinken een paar flinke donderslagen. Na het avondeten gaan we op zoek naar de boulevard van Viareggio. We rijden verkeerd en komen in de jachthaven. Wat je hier aan boten ziet liggen, tart elke beschrijving. Er ligt misschien wel voor honderden miljoenen aan jachten, voornamelijk onder Engelse vlag. We gaan hier weer gauw vandaan, op zoek naar de boulevard en normaal menselijk leven. Omdat het begint te schemeren gaan we na een kort oponthoud terug naar de camping.

bovenste foto's: Duomo di San Martino; linksonder: boulevard van Viareggio; rechtsonder: Lucca

Woensdag 28 april

Het heerlijke van vakantie is dat niets moet, maar alles mag. Ook vandaag schijnt de zon weer uitbundig. Onze enige activiteit bestaat uit het doen van wat huishoudelijke dingen en luieren. De camping is van het strand gescheiden door een brede bosstrook van ongeveer 2 km. breedte. We gaan er per fiets naar toe, maar een echt strandgevoel krijg je hier niet, kijk maar naar de foto. De lange weg die evenwijdig aan de bosstrook loopt is lekker rustig en schaduwrijk. De enige bedrijvigheid hier wordt veroorzaakt door dames van lichte zeden, die langs de weg hun ‘bedrijf’ runnen. Begin van de avond gaan we BBQ-en. Morgen willen we naar Florence. Ons wordt aangeraden de bus erheen te nemen, maar we geven toch de voorkeur aan eigen vervoer.

Donderdag 29 april – Gardameer

Omdat we nogal opzien tegen de invasie dit weekend door 800 scouts, (overbezette douches, vuile toiletten misschien), besluiten we toch maar weer te verkassen. Vrijdag wordt er een toestroom van campinggasten verwacht en daarom gaan we nu op weg naar een camping ten noorden van Florence. Maar onderweg erheen veranderen we opnieuw van gedachte en kiezen nu het Gardameer als nieuwe bestemming. Waarom niet Florence? De camping daar ligt tegen een heuvel en gelet op onze ervaringen verwachten we dat het wat moeilijk te benaderen is. Maar we hebben ook niet zo’n zin in de drukte, die je rond die overigens prachtige stad kunt verwachten. Hoe dan ook, ongeveer vijf en een half uur na ons vertrek, om 10.45 uur, komen we na 320 km. rijden aan bij Camping Village San Francesco, bij het stadje Sirmione. Het ligt aan de uiterste zuidpunt van het Gardameer. Op de routekaart van de ANWB staat de A1 van Florence naar Bologna aangegeven als gevaarlijk, o.a. vanwege de bochtige tunnels. Dat is echt onzin, de weg is prima berijdbaar en heel wat veiliger dan bijvoorbeeld de rondweg bij Luik. Het Toscaanse heuvelland is prachtig, en zelfs de ‘saaie’ Povlakte vinden wij heel aardig om te zien. De ACSI/Campingchequecamping is erg groot, en dit weekend vast ook erg druk, maar is prachtig gelegen aan het meer. We hebben een mooie comfortplaats (met vaste afvoer) gevonden, en houden het hier wel een week uit. Het was vandaag een warme dag, met temperaturen rond de 28 graden.

Vrijdag 30 april – Sirmione

Vanmorgen inkopen gedaan bij een Makro-achtige winkel ‘om de hoek’, waar je zo ongeveer alles kunt kopen wat je voor het levensonderhoud nodig hebt. Dichtbij de camping, op ongeveer een half uur fietsen, ligt het schiereiland Sirmione. Het is een toeristische trekpleister, dat wat Venetiaans aandoet. Het stadje wordt gedomineerd door de burcht Rocca Scaligera, dat werd gebouwd in de 13e eeuw. Tussen de talrijke villa’s, die zijn omgeven door weelderige tuinen, ontdekken we de villa waar Maria Callas heeft gewoond. We zien ook prachtige 5-sterren hotels, die in dezelfde villa-achtige stijl zijn gebouwd. Als we terugkomen op de camping is het inmiddels veel drukker geworden. Bijna alle deelnemers aan een ANWB groepsreis zijn gearriveerd en later op de avond is er nog een invasie van Italiaanse campers. Aan het eind van de avond is het inmiddels aardig vol geworden en levendiger. Wel gezellig. Op het naastgelegen terrein is er een disco en dat is heel wat minder prettig. Ingewijden zeggen dat het om 23.00 uur afgelopen is, maar daar kunnen we achteraf nog een uurtje bijtellen. Inmiddels hebben we heel wat afgepraat met onze Duitse buren, zowel achter als naast ons. Na verloop van tijd kan ik de ene naamval niet meer van de andere onderscheiden en gooien we de grammatica maar helemaal overboord. We begrijpen elkaar, en dat is het voornaamste.

foto's linksboven: Rocca Scaligera

Zaterdag 1 mei – het Gardameer

Het Gardameer is een trekpleister voor zonzoekers en watersporters. Wij rijden langs het meer tot aan het stadje Garda. Er is veel verkeer, ook omdat het een nationale feestdag is en de Italianen er massaal opuit trekken. Af te meten naar het aantal campers die we zien en de vele Porches, moet het de Italianen heel goed gaan. De parkeerplaatsen zijn overvol, vooral bij dorpjes die het bekijken waard zijn. Maar eerlijk is eerlijk, het heeft wel wat. Gezellige straatjes en volle terrassen. Er wordt geflaneerd op de boulevard en de ijsverkopers doen goede zaken. Het is prachtig weer en lekker warm. De campings aan het meer zijn inmiddels voor een groot deel bezet. De meeste mensen arriveerden gisteren op onze camping, maar ook vandaag komen er nog heel wat binnen. We zijn blij dat het vrijwel windstil is, maar desondanks gaan we bijna over onze nek van de BBQ-walm om ons heen.

Zondag 2 mei – rustdag

Vandaag zijn alle Italianen om ons heen vertrokken. Morgen gaat ook de groep Nederlanders weer verder, naar Venetië, om precies te zijn. En dan is dit deel van de camping weer bijna helemaal van ons alleen. Gisteravond hebben we hier wat rondgewandeld. Het was een zwoele avond en iedereen was buiten. In de ‘straten’ tussen de rijen campers zaten de mensen gezellig aan lange dissen te eten en te drinken. Het was net een echt dorp, waar elke straat zijn eigen feestje vierde, en dat alles zonder anderen overlast te bezorgen. Vandaag hebben we alleen wat gewandeld, maar moesten weer terug omdat het licht begon te regenen. De temperatuur is behoorlijk op niveau gebleven. Inmiddels zijn we allebei in de ban van het spel ‘patience’. Heinie speelt op de computer en ik op de telefoon. Ik ben blij dat zij niet meer met de kaarten speelt, want schudden kan ze niet. De kaarten vliegen haar dan om de oren, maar liggen daarna wel goed door elkaar. Om dit verhaal wat op te leuken laten we een paar sfeerfoto’s zien, die vanaf de camping zijn genomen.

Maandag 3 mei – Salò

Gisteren begon het halverwege de middag te regenen, en ook vannacht bleef het niet droog. Als we vanmorgen opstaan is het droog, maar hangt er nog wel veel bewolking, die in de loop van de ochtend optrekt. De Nederlanders vertrekken de een na de ander, waardoor er weer volop ruimte is om ons heen. Na de lunch rijden we langs de westkant van het meer naar het stadje Salò. Niet vanwege een bijzondere trekpleister, maar omdat het er op de Michelinkaart zo aardig uitziet. Het is aanmerkelijk rustiger langs de weg, heel wat anders dan afgelopen zaterdag. We rijden langs grazige weiden en genieten onderweg van de fraaie vergezichten. De zon heeft inmiddels vrij spel en het is 22 graden. Je hoeft hier niet naar campings te zoeken, want die zijn er volop. Salò is een aardig plaatsje, met een heel leuke boulevard, waar het gezellig flaneren is. Het Italiëgevoel is er nu helemaal.

Dinsdag 4 mei – regen en harde wind

Aanvankelijk zijn we van plan om donderdag weer te vertrekken. We zijn hier dan één week. Maar de weersverwachting voor onze volgende bestemming, Zuid Tirol, ziet er niet best uit. Een optie was Dellach in het Ober Drautal, in Oostenrijk, waar we 20 jaar geleden voor het laatst zijn geweest. Maar ook daar wordt regen verwacht, en dat maakt een berglandschap des te somberder. We denken dat het beter is om hier te blijven, waar de temperatuur in ieder geval boven de 20 graden blijft. Het bevalt ons hier goed, dus we tekenen bij tot volgende week donderdag. Afgelopen nacht is het flink gaan regenen en dat gaat door tot halverwege de middag. Daarbij waait er een harde wind, die schuimkoppen veroorzaakt op de golven, die hoog op de oever uiteenspatten. Het liefelijke Gardameer is opeens veranderd in een woeste binnenzee.

Hoe breng je je tijd door op zo’n dag? Nou: Rummikub (3 spelletjes, waarvan ik er 2 win, yes!), patience (verslaving ligt op de loer), een borrel (idem!) en, last but not least, winkelen. Buurman vertelt dat er in Desenzano een groot winkelcentrum is, een OBI. Dus ik schik me in het onvermijdelijke. Terug op de camping is het weer droog. Het is ook heel helder geworden, voor het eerst sinds we hier zijn. Nu pas zien we de omgeving in haar volle glorie, met prachtige bergen rondom. Inmiddels is er weer een ANWB groep gearriveerd, die in het barre weer een plek moet zien te vinden. Voor ons leverde dat veel kijkplezier op, want er is geen beter vermaak dan leedvermaak. Omdat er bij het fotograferen iets mis is gegaan beperken we ons deze keer tot 1 prent, om ongeveer 19.45 uur genomen.

Woensdag 5 mei – harde wind en regen

Het weer is vandaag niet beter dan gisteren, integendeel. De ochtend begint tamelijk droog, maar gaandeweg valt er al wat regen. De wind neemt flink toe, maar de temperatuur schommelt rond de 19 graden, en dat is toch niet gek. Maar na twee dagen van dit weer kennen we alle winkels, waar we, bij wijze van tijdverdrijf, meer kopen dan we nodig hebben. Vanuit Nederland horen we dat het daar niet veel beter is. In Zuid Frankrijk heeft het zelfs gesneeuwd. Goed dat we daar niet naar toegegaan zijn, wat we nog wel even hebben overwogen. Na deze lees-, spelletjes- en winkeldag trakteren we onszelf op een etentje in het campingrestaurant. Omdat het inmiddels bijna droog is op weg erheen, laten we onze kingsize paraplu in de caravan. Helaas, want als we willen vertrekken gaan plotseling alle hemelsluizen open. We bestellen alles wat er aan nagerechten op de kaart staat, alleen maar om ons vertrek zo lang mogelijk uit te stellen. Maar uiteindelijk moet het er toch van komen. De voetpaden zijn kolkende rivieren geworden en met kletsnatte voeten komen we bij de caravan aan. Met een volle maag, dat wel!

foto's links: het waait nog flink…; rechts: …maar wij zitten droog !

Donderdag 6 mei – Lazise

Vandaag weer een nieuwe ronde met nieuwe kansen: we zien witte wolken aan een blauwe hemel. Het wordt niet warm, 19 graden, maar het blijft droog. Omdat de vooruitzichten niet goed zijn (volgens zoover.nl) besluiten we aanvankelijk morgen te vertrekken naar Kramsach in Oostenrijk. Maar volgens weeronline.nl valt het allemaal nogal mee, de komende dagen. Daarom blijven we hier tot na het weekend. Wel hebben we de caravan en alles daaromheen al vertrekklaar gemaakt, want je weet maar nooit. Daarna gaan we naar Lazise, op een kleine 25 km. van hier. Lazise is een middeleeuwse stad met muren die dateren uit 1370. Het ziet er allemaal even betoverend uit, zoals alle stadjes aan het Gardameer, naar we aannemen. We slenteren wat rond, eten een ijsje en zitten een poosje op een bankje langs de kleine boulevard. Het is ‘una giornata particolare’.

Vrijdag 7 mei – Verona

Vandaag is het een uitstekende dag voor een excursie naar Verona. Eerst gaan we nog even naar Sirmione, in de veronderstelling dat daar een markt is, maar dat blijkt niet zo te zijn. Op de camping drinken we eerst koffie, waarna we richting Verona gaan. We laten ons leiden door de dame van Tom Tom, met aanvullingen door Hein Hein, want we hebben de kaart thuis laten liggen. Je moet niet bang zijn in het verkeer, dat op ons af en toe heel chaotisch overkomt. Geclaxonneer alom, terwijl ik toch de enige ben die correct rijdt. We zetten de auto in een parkeergarage, vlakbij de Arena. De parkeervakken zijn ontzettend smal. Misschien breed genoeg voor een Porsche of een Ferrari, maar een beetje te krap voor een Toyota RAV4. Prachtige poortgebouwen geven toegang tot de historische binnenstad, dat grotendeels ommuurd is. Daarbinnen zien we talloze oude gebouwen uit verschillende tijdperioden. We bezoeken eerst de Arena, een amfitheater dat door de Romeinen is gebouwd. Mensen zijn er druk bezig om het decor te bouwen voor een opera-uitvoering. Op hoeken van de straten en op pleinen zien we veel zogenoemde ‘living statues’. Eén ervan, Pinoccio, trekt mijn aandacht, vanwege zekere overeenkomstige lichaamskenmerken. Hij ervaart dat kennelijk net zo. De stad, met zijn talloze monumenten, is absoluut zeer de moeite van een dagbezoek waard.

foto's linksboven: Porta Borsari – 1e eeuw n.Chr.; rechtsboven: linksboven: Piazza delle Erbe; linksonder: arena; rechtsonder: neuzen

Zaterdag 8 en zondag 9 mei

Vrijdag was er een storing in de server van de camping, zodat we de weblog niet konden bijwerken. Dat heb ik zondagmorgen pas kunnen doen, dankzij hulp van Peter, de dienstdoende Nederlandse receptionist, daarin bijgestaan door zijn Italiaanse collega, met gelijktijdige telefonische ondersteuning van wie dan ook. Het schijnt dat de problemen mede veroorzaakt worden door Explorer of Vista, of een combinatie van beide. Zaterdag was het goed weer, rond de 20 graden, met af en toe een paar druppels regen. Vandaag is het net zo en we gaan er dus opuit. Naar Valeggio sul Mincio, waar we een bezoek brengen aan het Parco Sigurta Giardino. De oorspronkelijk tuin werd al in 1417 aangelegd door de plaatselijke kasteelheer, Nicolò Contarini. Nadat het park door de loop der eeuwen verschillende malen van eigenaar is gewisseld, werd het in 1978 in de huidige vorm door Carlo Sigurtà opengesteld voor het publiek. Het is zeer de moeite van een bezoek waard. Om het helemaal tot zijn recht te laten komen moet je er een groot deel van de dag voor uittrekken. Dan haal je ook de entreeprijs er een beetje uit: € 12,- per persoon. Er zijn fietsen te huur, maar je kunt er ook een golfwagentje huren voor € 15,- per uur en zo heel geriefelijk rondtoeren. Morgen vertrekken we uit Italië en gaat het richting Kramsach, Oostenrijk. Als het met het weer tegenzit gaan we linea recta naar huis, waar we centrale verwarming hebben, TV en boxspringsmatrassen. Dan nemen we regen en kou wel voor lief.

Maandag 10 mei – Kramsach in Oostenrijk

Het is vannacht gaan regenen en als we om 7.30 uur opstaan regent het nog steeds, tot een uur na ons vertrek om 9.30 uur. De lucht is loodgrijs, maar gelukkig knapt het wat op als we eenmaal zijn gaan rijden. We hebben ons veel voorgesteld van de prachtige bergwereld en vergezichten onderweg. Het landschap, links en rechts van de Brenner autobaan, is inderdaad prachtig en hoe mooi zal het wel niet zijn bij zonnig, helder weer. De reis verloopt voorspoedig, het is bepaald rustig op de weg tot aan de Brenner. Daarna wordt het drukker door voornamelijk veel vrachtverkeer. Onderweg kopen we bij een pompstation een autobahn vignet (€ 7,90 voor 7 dagen). Je kunt het gewoon niet vergeten, want je wordt er verschillende keren aan herinnerd, dat dit na Insbruck-zuid verplicht is. We hebben daarmee gelukkig niet gewacht tot aan de grens, want die zijn we ongemerkt gepasseerd. Het Italiaanse Zuid-Tirol is erg mooi, en ook al een beetje Oostenrijk. Het is tweetalig, zo blijkt uit opschriften van de verkeersborden.

Als we na 310 km. rijden in Kramsach zijn aangekomen rijden we op aanwijzing van TomTom naar Campingcheque- en ACSI Camping Seeblick Toni. Dat is hoogst onverstandig, want zo komen we op een heel smal, steil oplopend weggetje. Een tegenligger rijdt gelukkig terug en geeft ons zo de ruimte. Een ‘leermoment’ noemen we dat. Voortaan de TomTom uit voor het laatste deel van de etappe en uitsluitend rijden volgens het boekje. Bij aankomst is het zonnig en warm, maar er hangen wel dreigende wolken. We hebben op onze plaats nauwelijks Wifi ontvangst, en kopen dus ook geen internettijd (minimaal 5 uur voor € 6,-). Omdat we geen al te gunstige plaats hebben uitgezocht, en mede gelet op het weer, besluiten we morgen verder te rijden naar Wertheim-Bettingen. Mocht iemand besluiten om naar Seeblick Toni te gaan, kijk dan ook eens naar de onmiddellijk ernaast gelegen ACSI Camping Seehof. Je staat daar voor € 3,- per overnachting goedkoper, in totaal € 19,-. Beide campings berekenen naast het standaard CC en/of ACSI tarief de verplichte Kurtax. Alleen Toni berekent nog een extra milieubelasting, waardoor wij voor een overnachting € 22,- betalen, incl. Campingcheque. Beide campings verstrekken een Gästekarte, waarmee je gratis gebruik kunt maken van kabelbanen in de nabije omgeving, de regiobus enz.

bovenste foto: bij aankomst nog bewolkt; onderste foto: maar de volgende dag stralend weer

Dinsdag 11 mei – Wertheim Bettingen in Duitsland

Als we om 7.15 uur opstaan is het nog wat nevelig, maar verder prachtig weer. Dat maakt de reis door de bergen extra leuk. Het zuid Duitse Frankenland ligt er in dit jaargetijde prachtig bij, met frisgroene akkers, en grote gele velden met koolzaad. Het is links en rechts van de Autobahn een lust voor het oog. Inmiddels is het 15.15 uur als we na 420 km. bij ACSI Campingpark Wertheim Bettingen aankomen. Sinds 2 jaar is er een nieuwe eigenaar, een jonge vriendelijke ‘Schwabe’, afkomstig uit Stuttgart. We arriveren mooi op tijd, zodat we één van de mooiste plaatsen kunnen bemachtigen, direct aan de Main. Zoals altijd (we zijn hier vaker geweest) kunnen we ons hier vergapen aan de grote schepen, die hier voorbij varen. Het avondeten gebruiken we in het campingrestaurant, waar de liefhebber van een stevige Duitse maaltijd voor iets meer dan € 10,- volledig aan zijn trekken kan komen. Deze camping is niet alleen ideaal voor passanten, je kunt van hier leuke tripjes maken naar omliggende plaatsen, zoals Wertheim natuurlijk en Marktheidenfeld. Je moet het verkeersgeluid van de nabijgelegen Autobahn wel voor lief nemen.

fot links: in de verte de receptie en sanitairgebouw; rechts: prachtig ruime plaats

Woensdag 12 mei – Wertheim Village

Toen we hier jaren geleden eens waren, was er aan de andere kant van de Autobahn ‘iets’ nieuws in aanbouw, wat er op leek dat het een hedendaags middeleeuwse stad zou worden. Het is inmiddels een paar jaar gereed en het heet ‘Wertheim Village’, de Duitse variant van Batavia Stad, maar dan groter en mooier. Ga er niet heen. Want voor je het weet ben je door je vakantiebudget heen en kom je thuis met allerlei dingen, die je bij je volle verstand nooit zou hebben gekocht. Het heet een groot outletcentrum te zijn, waar op de outletprijzen zelfs nog kortingen werden verleend tot wel 20%. Het resultaat is dat je uiteindelijk voor onze begrippen ‘normale’ prijzen betaalt voor kleding, schoenen, tassen, geurtjes en kleurtjes. Meteen naast het outletcentrum staat een giga bedrijfsgebouw, Erwin Hymer World geheten, waar campers, caravans en accessoires worden verkocht. Ga er niet heen. Je wordt er ontzettend hebberig van en je geneert je voor je armetierige caravan met het onnozele autootje ervoor. Terwijl je er eigenlijk best een beetje trots op was. We besluiten deze zonnige, maar frisse dag (17 graden) met een bezoek aan het oude stadje Wertheim zelf. We drinken er koffie, met wat erbij. Daarna nemen we nog even een kijkje op de nabij gelegen Campingcheque Azurcamping. We zijn blij dat we daar niet zijn gaan staan, wat aanvankelijk wel even een punt van discussie was. Soms moet je als man even op je strepen staan.

foto links: Wertheim (nep); rechtes: Wertheim (echt)

Donderdag 13 mei – Tauberbischofsheim

Het is een droge dag, maar het wordt niet warmer dan 12 graden. Vanmorgen drinken we bij Mc Donald een kop koffie en willen daar dan meteen onze weblog bijwerken. Dat is hard nodig, want we lopen daarmee flink achter. Alhoewel campings aangeven dat je gebruik kunt maken van draadloos internet, blijkt het in de praktijk vaak niet goed te werken. Maar bij de Mac, zo lazen we, kun je probleemloos en gratis gebruik maken van Wifi. Niet dus, althans niet hier. Alleen wie klant is bij T-Mobile krijgt een uur gratis. Daar zit je dan met je Tele2. De koffie smaakt ons goed. Na de lunch toeren we wat rond, richting Tauberbischofsheim. Niet dat de stad ons nou zo trekt, maar het is een leuke route. Het heuvelland, we schreven het al eerder, ligt er zo mooi bij. Met kleine dorpjes die zich behaaglijk lijken te hebben genesteld, en waar het leven goed is, hopen we. Tauberbischofsheim heeft een aardige ‘Altstadt’, dat dateert uit de 13e eeuw. We kijken hier wat rond, maar het zou heel wat gezelliger zijn als het vandaag niet zo volledig uitgestorven was. Dat heeft natuurlijk alles met Hemelvaartsdag te maken, een vrije dag voor iedereen. Daarna gaan we verder via Hardheim naar Bronnbach. Bijna ‘in the middle of nowhere’ staat daar een prachtig klooster, dat niet meer als zodanig in gebruik is. Er is een muziekacademie gevestigd, concerten worden er gegeven in de reeks ‘Bronnbacher Klassik’, met nationale en internationale musici van hoog niveau. Het heeft nog veel meer functies dan hier kan worden beschreven, maar het is een belangrijk cultureel, wetenschappelijk en spiritueel centrum. De kerk heeft een schitterend interieur. Het is onze laatste dag voor ons vertrek, dus we maken de caravan en alles wat daarbij hoort weer rijklaar. Morgen gaan we weer naar huis. Het is mooi geweest.